Europese BTW-richtlijn altijd van toepassing bij beëindiging onderneming
De casus betreft een ondernemer die door de Bulgaarse Belastingdienst uit haar BTW-register is geschrapt, omdat deze ondernemer geen aangifte had gedaan en de door hem verschuldigde BTW niet had betaald.
De onderneming beschikte op de dag van de schrapping over voertuigen waarover de onderneming bij aanschaf BTW had teruggevraagd. De Bulgaarse Belastingdienst vorderde deze teruggevraagde BTW terug van de onderneming en ging daarbij uit van de aanschafwaarde van de goederen. Volgens de ondernemer had de Belastingdienst daarbij rekening moeten houden met de waarde op de dag van de schrapping.
De Bulgaarse rechter legde deze kwestie vervolgens voor aan het Europese Hof. Het Hof wees erop dat de BTW-richtlijn duidelijk en onvoorwaardelijk de waarderingscriteria aangeeft voor goederen bij de beëindiging van een economische activiteit gebruikt. De (Bulgaarse) Belastingdienst mag dus niet de aanschafwaarde hanteren voor haar navorderingsaanslagen, maar moet rekening houden met de waardewijzigingen van de goederen tussen de dag van aankoop en die van beëindiging van de belastbare economische activiteit.
Lees voor meer informatie onderstaand artikel van Taxence.